Psychological profiles after percutaneous coronary intervention: explaining heterogeneity

Samenvatting

Het aantal mensen dat door een hartinfarct overlijdt, is de afgelopen tien jaar behoorlijk gedaald. Hierdoor leeft een steeds grotere groep hartpatiënten langer. Tijdens deze periode kan men zowel lichamelijke als geestelijke klachten ervaren. Na een hartinfarct of een dotterbehandeling van een vernauwde kransslagader wordt het advies gegeven om deel te nemen aan een hartrevalidatieprogramma. Ook wordt een gezonde levensstijl aangemoedigd (dus, medicatie innemen, genoeg bewegen, niet roken en beperkt alcoholgebruik). Er zijn grote verschillen in de mate waarin patiënten trouw zijn aan de geadviseerde nabehandeling (revalidatie en medicatie). Ook verschillen patiënten in hoeverre ze een gezondere levensstijl proberen na te streven. Deze verschillen zouden te maken kunnen met het psychologisch functioneren van de patiënt. In haar proefschrift onderzocht Eveline van Montfort daarom de voorspellende waarde van psychologische profielen om verschillen in patiënt-gerapporteerd welbevinden, levensstijl en therapietrouw te verklaren.

Methoden

Voor het onderzoek werden gegevens gebruikt van de THORESCI studie, een groot prospectief cohortonderzoek in het Elisabeth-TweeSteden ziekenhuis naar het lichamelijke en emotionele welbevinden van hartpatiënten. Patiënten vulden hun eerste vragenlijst meteen na de behandeling in, en daarna nog 4 keer over een periode van 2 jaar.

Wat is er gevonden?

De uitkomsten van dit proefschrift geven aan dat een holistische, translationele benadering van de hartpatiënt essentieel is. Aan de hand van de onderzoeksgegevens werden verschillende psychologische profielen gemaakt, die elk op een eigen manier gerelateerd waren aan de medische geschiedenis, het welbevinden, de levensstijl en therapietrouw. Daarnaast viel op dat de psychologische profielen verschilden voor mannen en vrouwen. Positieve psychologische kenmerken, zoals optimisme en een actieve aanpak van de dingen die in je leven gebeuren zijn belangrijk om na te streven, omdat ze gerelateerd zijn aan een beter welbevinden, meer therapietrouw en een betere levensstijl.
Het is belangrijk op te merken dat deelnemers aan het vragenlijstonderzoek ook vaker deelnamen aan hartrevalidatie in vergelijking met patiënten die weigerden met het onderzoek mee te doen. De weigeraars hadden een grotere kans om te overlijden na het hartinfarct, en hadden gemiddeld een lagere sociaal-economische klasse.

Wat kunnen artsen met deze profielen?

Door een brede psychologische screeningslijst af te nemen die vraagt naar verschillende aspecten van het psychologisch functioneren van de patiënt, kunnen artsen er op een snelle manier achter komen welke patiënten extra uitleg, begeleiding of behandeling nodig hebben. Dit draagt bij aan een behandeling die meer is toegespitst op de behoeften van de individuele patiënt.