woman with camera

Pasen in tijden van corona: de kracht van een hoopvol verhaal

Published: 24 maart 2021 Laatst bijgewerkt: 06 september 2023

15 stemmen.


Verhalen hebben een enorme kracht. Ze kunnen mensen de grond inboren, maar ze kunnen ook hoop geven die doet leven. Het wordt voor de tweede keer Pasen in corona-tijd. Dat is voor velen van ons een hard gelag. Hoe pakken we de draad op, hoe blijven we staan? Een van de wegen kan zijn, dat we elkaar oude en nieuwe verhalen van hoop en doorzetting vertellen. Een overweging, door Prof. Bart Koet, hoogleraar Nieuwe Testament en vroegchristelijke letterkunde aan Tilburg School of Catholic Theology.

Wellicht niet meer aan een tafel met veel mensen, maar in kleine kring en in een zoom-meeting. Dat kan ons helpen om te oefenen en die verhalen vertellen die de goede kant van het leven benadrukken. En misschien helpt het zelfs ons als universiteit om een mooi narratief neer te zetten over wat wij met ons onderzoek voor de maatschappij kunnen betekenen.
Wellicht dat niet iedereen van onze universiteit het weet, dat er een nieuwe procedure gaat komen voor het visiteren van wetenschappelijk onderzoek van de Nederlandse universiteiten: het Strategie Evaluatie Protocol (SEP). Hiermee gaat ons onderzoek geëvalueerd worden aan de hand van de eigen strategie en de keuzes die we gemaakt hebben, maar meer nog dan bij vorige visitaties gaat die beoordeling gebeuren op basis van - wat heet in het SEP - het narratief. De onderzoekseenheden of faculteiten wordt verzocht hun onderzoek te presenteren in een niet te lang verhaal. De cijfers en lijsten van publicaties mogen in de bijlagen. 

Romeinen begonnen met een narratio in een redevoering

Dat het narratief zo belangrijk wordt lijkt een vernieuwing en dat is het gedeeltelijk ook, maar het is ook een beproefd recept.  Presenteren van wat je wilt aantonen via een verhaal is zo oud als de weg naar Rome. Een belangrijk element van een redevoering werd in de Romeinse republiek geacht te beginnen met een narratio en die redevoeringen waren toen de belangrijkste communicatiemiddelen.
Verhalen zijn dus een betrouwbaar middel om te overtuigen. Ze kunnen natuurlijk nog meer. Ze werken niet alleen op het verstand, maar ook op het gevoel. Een verhaal kan bovendien groepsidentiteit bevorderen en zelfs die identiteit maken. Een verhaal kan tenslotte een denkmodel worden. Een van de verhalen die het lang uithoudt als een eenheid stichtend verhaal is het paasverhaal. Nu weet ik wel dat in Nederland steeds minder mensen weten wat er met Pasen gevierd wordt: De paashaas neemt de plaats in van de opgestane Jezus. Ik bedoel overigens in eerste instantie hier niet het christelijk paasverhaal. Dat is immers zelf al een actualisatie van een eerder paasverhaal: dat van het Joodse volk.
Dat verhaal vinden we in Exodus, het tweede boek uit de Bijbel. Die collectie van “narratieven”, gebeden, lijstjes en zelfs een erotisch boek, is door het Joodse volk als een draagbaar vader/moederland gebruikt.  Dat paasverhaal gaat over, hoe onder begeleiding van een stotterende, onzekere leider (Mozes) die geholpen moet worden door zijn broer (Aäron) een ongeregeld zooitje uit een slavenbestaan in Egypte de woestijn ingaat op weg naar een ver, vrij land.  

Al feest voor de uittocht

Het bijzondere aan het paasverhaal is dat nog voordat die bevrijdende uittocht plaatsvindt, er volgens het Bijbels verslag er al een feest van die uittocht wordt ingesteld. Bij die instelling wordt verteld hoe je dat feest moet gaan vieren: met rituelen en verhalen.  Het kernverhaal daarbij is dat het tot slaaf gemaakte volk zal ontsnappen aan de onderdrukking.  Het inventieve hierbij is dat door het feest in te stellen nog voordat er een uittocht plaats gevonden heeft, het vrij principieel niet hoeft te gaan om wat er in het verleden gebeurd is, maar gaat het juist om wat er in de toekomst kan gebeuren. De bevrijding moet nog plaatsvinden, maar het verhaal over de bevrijding wordt toch al gepresenteerd als bevrijdend en daarmee wordt het meer dan een verslag over een gebeurtenis uit het verleden, het wordt een denkmodel voor de toekomst.

Denkmodel voor de toekomst

Dat denkmodel heeft het heel wat eeuwen uitgehouden en wordt, naar het Bijbelboek waarin het voor het eerst voorkomt, wel het Exodus-model genoemd. Het is het christelijk denkmodel waarmee Jezus en zijn leerlingen zijn leven en dood hebben beschreven, maar het is ook in allerlei niet religieuze en politieke contexten gebruikt. De Republiek der Zeven Verenigde Provinciën gebruikt het Exodus-model en daarom heet de straat tussen de Nieuwe Kerk en het stadshuis in Amsterdam de Mozes en Aäronstraat (in de oorlog gewijzigd in de Poststraat; de eerdere naam was te Joods!). Het Exodus-model als bevrijding van slavernij is in de vorige eeuw ook ingezet door Martin Luther King en de zijnen in de strijd tegen racisme, door de bevrijdingstheologen in de strijd tegen dictaturen in Zuid-Amerika, maar ook door de beroemde (en ook wel beruchte) Amerikaanse regisseur Woody Allen in zijn film Broadway Danny Rose, een les in solidariteit aan de yuppen van New York. Het model is belangrijk voor een communistische denker als Ernst Bloch, maar ook voor vele andere denkers met verschillende achtergronden. 

Hoop deed leven

Iemand die op een heel persoonlijke manier kon vertellen over hoe dat Joodse paasverhaal werkte was Yehuda Aschkenasy (1924-2011). Hij was een Holocaust overlevende, die na zijn bevrijding besloot om aan christenen te leren waar het in het Jodendom om ging en zo werd hij docent en hoogleraar aan de theologische opleiding waar ik ooit studeerde. Yehuda nodigde zijn leerlingen uit om samen met hem het Joodse Paasfeest aan de eettafel te vieren.  Dan vertelde hij niet alleen over de bevrijding uit Egypte, maar ook over zijn eigen bevrijding uit Auschwitz. Pasen is immers een denkmodel dat je doet geloven dat er achter de sores en onderdrukking een weg is uit de wanhoop. Victor Frankl (1905-1997), een andere overlevende, vertelt dat wie in een concentratiekamp geen hoop meer had, stierf. Er waren er velen die hoop hadden die ook stierven, maar alleen als je de hoop kon bewaren had je een kans om te overleven.


Prof. Bart Koet is hoogleraar Nieuwe Testament en vroegchristelijke letterkunde aan Tilburg School of Catholic Theology. Hij is tevens vice-decaan onderzoek.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met woordvoerder Tineke Bennema, via persvoorlichters@tilburguniversity.edu, tel.  06 19678521.