Het vaccineren kan beginnen, maar hoe kan de overheid de acceptatiegraad verhogen?
Het is mooi dat er zo snel geschikte vaccins zijn tegen COVID-19. De overheid start met een landelijke campagne om het inenten te bevorderen. Werkt die om de acceptatiegraad te verhogen? Florian Heine, onderzoeker aan Tilburg University, denkt van wel, mits er effectiever gebruik gemaakt wordt van morele dimensies in de overheidscommunicatie. Verder moet het RIVM de communicatie beter afstemmen op de doelgroep die neigt naar weigering.
door Florian Heine
De beschikbaarheid van een vaccin betekent niet automatisch dat burgers zich ook laten inenten. Tijdens de laatste pandemie in 2009, veroorzaakt door het H1N1 virus, lag de vaccinatiegraad in Nederland met 59% substantieel hoger dan in Italië (slechts 5%) en Duitsland (8%).[1] Toch komt in Nederland, waar de vaccinatiegraad van het Rijksvaccinatieprogramma al jaren daalt, de beschermende groepsimmuniteit steeds verder in gedrang. Met meerdere veelbelovende vaccins tegen COVID-19 binnen handbereik, krijgt de kwestie van vaccinatieacceptatie ineens nieuwe relevantie. Het is daarom van belang te begrijpen welke factoren die acceptatie beïnvloeden. In Nederland is vaccineren gratis. De dalende vaccinatiegraad heeft hier niet zozeer te maken met geen toegang hebben tot vaccineren, maar veel meer met acceptatie-overwegingen bij de burger. Onze resultaten geven inzicht in welke intuïties en waarden meer aandacht moeten krijgen voor een effectieve communicatie ter verhoging van de vaccinatieacceptatie.
Morele grondslagen
Wetenschappelijke literatuur verbindt vaccinatieweigering met diepgewortelde intuïties en waarden, meer dan met feiten en cijfers.[2] Deze intuïtieve ethische motieven, die een rol spelen bij het aansturen van menselijk gedrag, kunnen gemeten worden met behulp van de Moral Foundations Theory, een relatief nieuwe theorie, ontwikkeld in 2012 door de Amerikaanse hoogleraar en sociaalpsycholoog Jonathan Haidt. De morele grondslagentheorie bestaat uit zes dimensies: zorg, eerlijkheid, loyaliteit, autoriteit, zuiverheid, en vrijheid, en wordt veelal gebruikt om de morele dimensies over politiek gevoelige onderwerpen in kaart te brengen, zoals de doodstraf, abortus en wapenwetgeving. Zo leggen liberale kiezers een hoger nadruk op zorg en eerlijkheid, terwijl conservatieve kiezers relatief meer nadruk leggen op autoriteit en loyaliteit.
Samen met Ennie Wolters doe ik onderzoek naar de communicatie over vaccinaties door de Nederlandse overheid. Welke morele grondslagen krijgen meer of minder nadruk in de brochures die het RIVM aan alle ouders verstrekt met een kind die ingeënt dient te worden? De data hebben we gekoppeld aan het nationale immunisatieregister om te kijken wat het effect was van het gebruik van morele dimensies in de overheidscommunicatie op de vaccinatieacceptatie.
Autoriteit en vrijheid
Onze resultaten wijzen op een sterk positief effect voor de vaccinatieacceptatie bij het gebruik van de dimensies autoriteit en vrijheid. Dus formuleringen als “Er is geen wet die u verplicht uw kind te vaccineren. Het is uw taak om een beslissing over het onderwerp te nemen” (autoriteit) of “Het vaccineren van uw kinderen is uw eigen keuze. De overheid kan u hiertoe niet dwingen” (vrijheid) hebben respectievelijk een effect van 1 (autoriteit) en 0,3 (vrijheid) procentpunten per signaalwoord. Verder blijkt dat de dimensies autoriteit en vrijheid veel te weinig gebruikt worden in de RIVM-communicatie over de vaccinaties van het Rijksvaccinatieprogramma. Onderwerpen die in de dimensies zuiverheid en zorg vallen (zoals veiligheid, schadelijk gedrag, hygiëne of ziekte), worden ongeveer drie keer zo vaak gebruikt als onderwerpen in de dimensie autoriteit en ook duidelijk vaker dan vrijheid (onderwerpen als plichten, keuzes, of immuniteit). Dit terwijl zuiverheid en zorg geen meetbaar effect op vaccinatieacceptatie uitwijzen.

Vaccinatieweigeraars
In de laatste weken communiceerde het RIVM over het COVID-19 vaccin voornamelijk door middel van een ‘veelgestelde vragen’ pagina en factsheet posters op de website. Sinds vandaag is de overheid ook met een advertentiecampagne in kranten begonnen. De gebruikte taal laat jammer genoeg eenzelfde patroon zien als bij de communicatie over andere vaccins: weinig aandacht voor de morele aspecten die een grote rol spelen bij bevolkingsgroepen die neigen naar vaccinatieweigering. Onderwerpen als vrijheid, keuze, rechten, plichten of respect blijken voor die doelgroep juist effectief. RIVM zal daar richting potentiële weigeraars meer op moeten inzetten.
Dr. Florian Heine universitair docent departement Public Governance, Tilburg School of Economics and Management, Tilburg University
[1] Bron: Bults, M. e.a. (2011). Pandemic influenza A (H1N1) vaccination in The Netherlands: parental reasoning underlying child vaccination choices. Vaccine, 29(37).
[2] De meeste argumenten tegen vaccineren zijn emotioneel van aard, aldus de biomedicus Anouk Schuren (UMC Utrecht) in ‘Vaccineren: levensgevaarlijk of levensreddend?’
Ook in Tilburg University Magazine
Het 'New Common'
De coronacrisis zet grote maatschappelijke uitdagingen op scherp. Tilburg University deelt kennis en inzichten om onze samenleving opnieuw vorm te geven. Over dit ‘nieuw samen’ gaan we graag in gesprek.
Publicatiedatum: 22 december 2020