Superdiversity children

Les 2 - Superdiversiteit: Talen en genres

We praten Nederlands met elkaar, maar veel mensen spreken daarnaast ook andere talen of dialecten. Dat komt omdat zij in een ander land zijn opgegroeid, of in een bepaalde streek van Nederland wonen, zoals Friesland of Limburg. De manier waarop iemand spreekt zegt iets over de spreker en zijn achtergrond.

Bekijk de kennisclip van Professor Jos Swanenberg

Kan je de kennisclip niet bekijken, lees de tekst dan hieronder.

Opdrachten bij les 2

Heb je de kennisclip bekeken? Dan kun je nu aan de slag met de opdrachten bij les 2.

Download de opdrachten (PDF)

Jos Swanenberg

Over professor Jos Swanenberg

Jos is hoogleraar Diversiteit in taal en cultuur bij het departement Cultuurstudies van Tilburg University. Hij doet onder meer onderzoek naar taal, cultuur en identiteit van jonge en nieuwe Brabanders en schreef verscheidene boeken over dialect in Noord-Brabant. 

Les 2 - Superdiversiteit: Talen en genres

Kan je de kennisclip niet bekijken, lees de tekst dan hieronder.

We praten Nederlands met elkaar maar er zijn nog heel veel andere talen om ons heen. Dat kun je horen en dat kun je zien.

Velen van ons kunnen naast het Nederlands ook andere talen spreken. Sommigen van jullie zullen thuis bijvoorbeeld Engels, Turks of Pools spreken, of Tilburgs, het dialect van deze stad.

Die andere talen worden gebruikt doordat mensen ermee zijn opgegroeid. Mensen kunnen in een ander land zijn geboren en opgegroeid en daarna naar Nederland zijn verhuisd. Dan nemen zij hun thuistaal met zich mee. En hun kinderen spreken dan zowel Nederlands als de thuistaal van hun ouders. Dat noemen we meertalig, vrijwel iedereen spreekt meer dan één taal.

Ook zijn er veel mensen die de taal spreken van gebieden die bij Nederland horen of ooit gehoord hebben; denk bijvoorbeeld aan de Nederlandse Antillen of Suriname.

En dan zijn er nog talen die naast het Nederlands voorkomen maar die bij een bepaalde streek horen, zoals het Fries en het Limburgs. En in de provincie waarin Tilburg ligt, spreekt men Brabantse dialecten. Dat zijn geen officiële talen maar ze zijn wel anders dan het Nederlands, met hun eigen woorden en hun eigen klanken, ‘houdoe’ bijvoorbeeld.

Als je meertalig bent, gebruik je de verschillende talen die je kent voor verschillende dingen: bijvoorbeeld Nederlands op school, maar als thuistaal een andere taal. En op straat met je vrienden gebruik je misschien wel straattaal, een variant van het Nederlands waarin woorden uit allerlei andere talen zitten.

Als je een van deze andere talen naast het Nederlands spreekt, dan kunnen mensen dat vaak aan je Nederlands horen want dan heb je een accent. Bijvoorbeeld, Nederlands met een Surinaams accent, of met een Brabants accent. En daarvan is de zachte g een bekend onderdeel.

Al die verschillende manieren van spreken vertellen ons iets over de spreker en zijn achtergrond.

Tilburg University Junior - Wetenschap op de basisschool

Meer informatie over Tilburg University Junior en onze evenementen