Impact - Patricia Prüfer en Lian Smits

Gezinnen minder kwetsbaar maken met dank aan data

Impact 4 min.

Niet ieder kind heeft een goede start in het leven. Armoede, geweld, verwaarlozing, een achterstand in taalontwikkeling; het heeft allemaal grote invloed op de latere gezondheid, maatschappelijke en sociaaleconomische kansen. Nu komt hulp vaak pas wanneer grote problemen aan het licht komen. Hoe kunnen we stoppen met dweilen met de kraan open?

CentERdata onderzoekt samen met het Data Science Center en het Impact programma van Tilburg University, Sterk Huis en de Regio Hart van Brabant in Smart Start welke preventieve en gezamenlijke oplossingen nodig zijn in welke situatie. “We willen kinderen en gezinnen minder kwetsbaar maken en zo voorkomen dat problemen ontstaan”, stelt Lian Smits, bestuurder bij Sterk Huis.

“Vaak zien wij dat dezelfde problematiek van generatie op generatie wordt doorgegeven. Waarom zouden we wachten tot het weer fout gaat?”

- Lian Smits

Smart Start werkt in drie fases

In de eerste fase worden data en kennis verzameld en geanalyseerd om risicofactoren in kaart te brengen. Zo kunnen onderbuikgevoelens van bijvoorbeeld zorg- en onderwijsprofessionals onderbouwd en geobjectiveerd worden.

In de tweede fase spreken professionals, gemeente en ouders met elkaar om met behulp van design thinking een innovatieve aanpak te bedenken. Dit is een creatieve manier om tot oplossingen te komen die aansluiten bij de behoeften van de doelgroep. 

“In de derde fase van Smart Start evalueren we de interventies en kijken we wat die opleveren”, licht Patricia Prüfer, hoofdonderzoeker van CentERdata, toe. “Welke maatschappelijke effecten hebben de interventies? Waarschijnlijk gaat het om kwalitatieve en kwantitatieve analyse. Dit betekent dat we naast de kwantitatieve data ook gebruik maken van vragenlijstonderzoek, interviews en focusgroepen.”

Welke problematiek speelt er op de basisschool

Smart Start werkt met zes pilots verspreid over drie jaar. De eerste pilot vindt plaats op een Tilburgse basisschool. Welke problematiek speelt er en hoe kan de school ouders en kinderen helpen? “Nu is een multidisciplinair team gestart dat docenten leert welke risicofactoren ze in de gaten moeten houden”, legt Prüfer uit. Smits: “Dat team bestaat uit de intern begeleider, een gedragscoach en een medewerker jeugd van het Toegangsteam. Allen hebben kennis van specialistische zorg. Bovendien is het team ongeveer de helft van de tijd aanwezig op school, waardoor de drempel voor ouders om hulp te vragen lager wordt en het voor docenten makkelijker is om aan de bel te trekken.”

Groter risico voor alleenstaande moeders

Uit de tweede pilot in Heusden bleek dat kinderen van jonge, alleenstaande, werkloze moeders een groter risico hebben op problemen. Smits: “Wat hebben deze moeders in een vroeg stadium nodig om dat te voorkomen? Vergelijk het met de positieve gezondheidsaanpak: als je gezond leeft en voldoende beweegt, verklein je de kans op bepaalde ziektes.”

 Impact - SmartStart - Patricia Prüfer en Lian Smits

 

Prüfer vult aan: “Het resulteerde in het idee om een ‘blije doos’ te maken voor alleenstaande moeders. Daarin zit bijvoorbeeld een coach die hen bijstaat in de opvoeding, het aanvragen van toeslagen of die samen met hen ongeopende post doorspit.
Tegelijkertijd is er aandacht voor het opbouwen van een netwerk.”

Extra kwetsbaarheid bij opgroeien in armoede

De derde pilot is die bij de voedselbank in Gilze en Rijen. “We konden vijf groepen gebruikers onderscheiden waarvan twee met kinderen”, vertelt Prüfer. “Aan de ene kant zagen we de alleenstaande ouders en aan de andere kant gezinnen met stevige financiële problematiek.”

Smits: “We stelden steeds de vraag: hadden we iets kunnen doen om de huidige situatie te voorkomen? Wat dan? En wanneer? We weten dat kinderen die in armoede opgroeien kwetsbaar zijn.” Inmiddels werkt de gemeente Gilze en Rijen aan een interventie gericht op het versterken van de autonomie van de ouders.

Hoe kunnen we achterstand voorkomen?

In de vierde pilot in Goirle wordt gekeken naar waarom kinderen met een achterstand aan de basisschool beginnen. Prüfer: “Hoe kunnen we dat voorkomen? Hoe zorgen we ervoor dat juist de gezinnen die het nodig hebben gebruik maken van faciliteiten als Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)? Aanvullend op de CBS data die we gaan analyseren, sturen we alle ouders in Goirle met kinderen tussen de 0 en 6 jaar een vragenlijst om achter hun drijfveren en barrières te komen.”

De gemeente Dongen, de vijfde pilotgemeente, verkent op dit moment de vindplaats en de onderzoeksvraag. Dit voorjaar start in Tilburg bovendien een nieuwe pilot samen met het onderwijs.

“Het gebruik van data in het sociale domein is pionieren. De uitkomsten van Smart Start leiden tot een nieuwe manier van denken en werken” - vertelt Prüfer

Hoe gaat Prüfer te werk? “We analyseren micro-data van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS). Vervolgens vullen we dat wanneer mogelijk aan met data van bijvoorbeeld de lokale GGD. We brengen patronen en risicofactoren in kaart om vervolgens op wijk-, school- of buurtniveau te kijken hoe we mensen kunnen helpen. Welke factoren vergroten risico’s?”

Data in het sociale domein

Welke waarde hebben data in het sociale domein van de toekomst? “Gedurende het project kregen we wel eens de vraag of het ethisch verantwoord is om voor oplossingen voor jeugdvraagstukken data te gebruiken. Als je het zo zorgvuldig doet, denk ik van wel”, zegt Prüfer.

Smits knikt. “Data-analyse moet resulteren in positieve, preventieve hulp voor een groep mensen. Het gaat ook om het doel dat je ermee wilt bereiken. Denk bijvoorbeeld aan kinderen die slachtoffer van mishandeling zijn geworden. Vaak zeggen zij op latere leeftijd dat ze wisten dat mensen in hun omgeving voelden dat er iets niet klopte, maar dat ze geen hulp boden. We zijn het aan deze kinderen verplicht om op tijd hulp te geven, voor het fout gaat.”

Beter onderzoek doen op langer termijn

CentERdata en Sterk Huis hopen na de onderzoeksfase van drie jaar nog langer met het project door te kunnen gaan. Prüfer: “Bij voorkeur werk je met een basisschoolgeneratie, omdat je dan kunt zien wat de gevolgen op de lange termijn zijn: is er sprake van minder criminaliteit, minder jeugdhulp en minder depressies? Kunnen we generatieproblematiek doorbreken? Daarvoor is meer geld nodig en dat is nog niet zo gemakkelijk omdat we nog vooraan in het proces van verandering zitten. We zijn pas net aan het onderzoeken hoe we samen preventiever kunnen werken.”

Dit onderzoek valt onder het Impact programma Creating value from data.

Bezoek de website: programmasmartstart.nl

Contact

Publicatiedatum: 17 maart 2020