Tranzo - aw arbeid en gezondheid

Het combineren van werk en privé voor tweeverdieners met zorgtaken/ mantelzorgers - Extern promotieonderzoek

Published: 01 maart 2019 Laatst bijgewerkt: 03 december 2021

Drs. J.S.M. den Brinker, Prof. dr. J.J.L. van der Klink, Prof. dr. T.A.M. Kooij, Dr. M.L. van Engen

Gerelateerd aan sociaal-culturele normen en waarden, kunnen Nederlandse tweeverdieners die voor uitdagingen staan bij het combineren van werk- en gezinsrollen, slechts in beperkte mate vertrouwen op staatssteun. Er is tot nu toe weinig onderzoek gedaan naar op waarde gebaseerde individuele beslissingen over de verdeling van betaald en niet-betaald werk door tweeverdieners. Deze kwalitatieve interviewstudie met de Capability Approach als theoretisch kader onderzocht de relatie tussen individuele waarden bij de besluitvorming bij het combineren van werk- en gezinsrollen, met partnerondersteuning en werkbeslissingen ten gunste van het gezin (Family Relatedness of Work-Decisions) . Daarnaast werd rekening gehouden met de rol van gender in waarden en beslissingen.

De respondenten, die werden gerekruteerd via sneeuwbaleffecten en doelgerichte steekproeven, vertegenwoordigden verschillende beroepstakken, opleidingsniveaus en beroepstypes. Voorlopige resultaten toonden aan dat vaders met gendergerelateerde traditionele waarden over verdeeldheid in betaald en niet-betaald werk voornamelijk structurele werkdoelen en financiële gezinsdoelen realiseerden, structureel afhankelijk van partnerondersteuning voor de hands-on-zorg van hun kinderen. Hoewel aanzienlijk meer moeders dan vaders van de respondenten parttime werkten, lieten de onderzoeksresultaten ook een duidelijke verschuiving zien van een opdeling in betaald, niet-betaald werk waarin vaders voornamelijk optreden als kostwinner en moeders als huisvrouw.

Zowel vaders als moeders passen hun voorkeuren aan in wat zij denken een zeer gewaardeerd leven te zijn door werk- en gezinsrollen te combineren, en weerspiegelen wat zij als levensvatbaar en haalbaar voor hen ervaren.

Hoofdonderzoeker: Simone den Brinker. Promotores: prof. dr. Jac van der Klink, prof. dr. Dorien Kooij; co-promotor dr. Marloes van Engen.