Robbert Coenmans, promovendus
‘Geen typische wetenschapper, maar ik doe hier supergave dingen’
Robbert Coenmans is een duizendpoot. Bij Tilburg University werpt hij zich op innovatieve onderwijsprojecten zoals de Law Clinics en de Brabant Robot Challenge. Daarnaast promoveert hij op de gevolgen van robotica voor de gezondheidszorg. ‘Ik wil weten hoe we ons kunnen voorbereiden op de grote veranderingen in onze arbeidsmarkt.’
“Het is moeilijk om mij in een hokje te stoppen. Na mijn studie strafrecht in Tilburg startte ik mijn loopbaan bij vakbond FNV Jong. Ik was daar voorzitter waardoor ik ook lid was van de Sociaal Economische Raad. Bij de vakbond raakte ik in de ban van de arbeidsmarkt.”
“Mijn overstap naar Tilburg University was impulsief. Ik werd gevraagd door hoogleraar Ton Wilthagen. Hij wilde graag dat ik me bij de universiteit ging bezighouden met de arbeidsmarkt. Ik begon als coördinator van de Law Clinics. Dit is een innovatief onderwijsproject voor rechtenstudenten die werken in opdracht van organisaties, zodat ze zich kunnen voorbereiden op werken in de praktijk. Vervolgens kwam de Brabant Robot Challenge op mijn pad. Wilthagen had het idee dat we iets met robotica moesten doen. Het nieuws staat bol van verhalen over robots die arbeidsplaatsen wegkapen. Dat verandert de arbeidsmarkt volledig. Een belangrijk thema om aandacht aan te geven in het onderwijs, liefst op innovatieve wijze. Het is niet logisch om een zich volledig vernieuwende arbeidsmarkt old school te benaderen.”
“Ons idee ontwikkelde zich tot een innovatief en multidisciplinair onderwijsprogramma over robotica. We wilden daarbij samenwerken met andere organisaties in de regio. Het thema robots en arbeidsmarkt past goed in deze regio. Brabant kent veel maakindustrie waar de gevolgen van robotica snel zichtbaar zullen zijn. Er is bovendien veel kennis rondom robottechnologie, arbeidsmarkt en juridische en ethische aspecten.”
“We wilden beslist geen wild robotplan, maar een puur praktisch programma over het nut van robotica nu. We kozen ervoor om studenten naar zorginstellingen te sturen en ze daar praktijkcasussen te laten oplossen (zie kader). Dit leidde tot een mooie mix van opdrachten en groepjes mensen. Een van de groepjes bestond bijvoorbeeld uit een pedagoog, een software-ingenieur en een prothesedesigner. De groepjes werkten aan gevarieerde opdrachten. Een groepje boog zich bijvoorbeeld over de vraag: hoe kunnen we de zorgrobot Zora beter gebruiken? Een ander groepje rekende een business case voor een oogchirurgierobot door.”
“De Brabant Robot Challenge heeft veel opgeleverd. Studenten vonden het heel leerzaam om te werken met studenten uit compleet andere richtingen en een ‘echte opdracht’ voor een organisatie te doen. De zorgorganisaties kregen antwoord op hun vragen. De universiteit heeft nu een mooie mal voor meer innovatieve onderwijsprojecten. En mij heeft het opgeleverd dat ik weet waarop ik wil promoveren: wat zijn nu werkelijk de gevolgen van robotica voor de arbeidsmarkt in de zorg? En hoe kunnen we ons hierop voorbereiden?”
“Of het wel iets voor mij is om mij helemaal op één ding te storten? Ik ben niet een typische wetenschapper. Wat ik wel weet is dat ik hier op de universiteit supergave dingen kan doen.”
Brabant Robot Challenge
Tilburg University organiseerde in 2016 de Brabant Robot Challenge samen met onderwijsinstellingen Fontys, Technische Universiteit Eindhoven en Avans. Organisaties in de zorg zoals GGZe, HiT, Preceyes, RSZk en Vughterstede leverden vraagstukken voor groepjes deelnemende studenten. Aan het eind van de challenge pitchte elk groepje hun oplossing. De Brabant Robot Challenge is de start van een netwerk rond robotica en krijgt een vervolg.