Co-creatie centraal tijdens startsymposium Academische Werkplaats Digital Health & Mental Wellbeing

Doel van de Universiteitsbrede Academische Werkplaatsen is om een interdisciplinair ecosysteem te creëren waar impact en innovatie tot stand komen en waar wetenschap optimaal aansluit bij wat er leeft in de maatschappij. Academisch trekkers Emiel Krahmer en Inge Bongers noemen dit ‘wetenschap met de ramen wijd open’, verwijzend naar het KNAW-rapport uit 2022 over wetenschappelijk onderzoek met impact. Met het startsymposium is hierin voor de Academische Werkplaats Digital Health & Mental Wellbeing een belangrijke stap gezet. 

Gemengd gezelschap 

De Academische Werkplaats Digital Health & Mental Wellbeing wil uiteindelijk met om en nabij een dozijn maatschappelijke partners een samenwerkingsagenda aangaan. Het symposium bood gelegenheid voor wetenschappers en (potentiële) partners om kennis te maken en de vier voorlopige hoofdthema’s te verkennen. Dit gebeurde in een zeer gemengd gezelschap, met professionals uit de geestelijke gezondheidszorg, van verzekeringsmaatschappijen, ziekenhuizen en datacentra, maar bijvoorbeeld ook huisartsen en ontwikkelaars van apps en online platforms. Ook de wetenschap was breed vertegenwoordigd. Zo waren er onderzoekers van Tilburg University met expertise op het gebied van ethiek, psychologie, epidemiologie, communicatie, rechten, data science, taalkunde, statistiek en medische wetenschappen. 

Emiel Krahmer, een van de academisch trekkers: “We hebben het afgelopen jaar veel gesprekken gevoerd, zowel binnen de universiteit als daarbuiten, met allerhande maatschappelijke partijen. Het is goed om te merken dat de thematiek van deze werkplaats duidelijk resoneert, en het is interessant om te zien hoe op allerlei heel verschillende plaatsen vergelijkbare onderzoeksvragen komen bovendrijven.” 

Verkenning van vier thema’s 

In gemengde groepen werd van gedachten gewisseld over vier thema’s: Data en digitalisatie, Preventie en zelf-monitoring, Technologische ontwikkelingen en evaluatie, en Beleid en implementatie in de praktijk. Doel was om in kaart te brengen op welke gebieden nog belangrijke kennis ontbreekt. Zo kwam naar voren dat de precieze effecten van eHealth op de lange termijn beter in kaart moeten worden gebracht, dat onvoldoende duidelijk is wie eigenlijk verantwoordelijk is voor het onderhoud en de kwaliteit van eHealth applicaties, en dat er een uitdaging ligt in het levensloopbestendig maken van digitale tools. Ook werd duidelijk dat, hoewel er steeds meer data zijn, er meer duidelijkheid moet komen over de kwaliteit van deze data en over hoe deze op een inzichtelijke manier kunnen worden gecommuniceerd naar verschillende stakeholders. 

Volgende stappen 

Na de zomer zal verder worden geschaafd aan de samenwerkingsagenda in samenspraak met (beoogde) partners. Dit zullen organisaties zijn als ziekenhuizen, GGZ instellingen, gemeente en provincie, e-health bedrijven, technologie ontwikkelaars, patiëntenorganisaties, huisartsen, bedrijfsgezondheidsnetwerken, onderzoeksinstituten en zorgverzekeraars. De uitkomsten van het startsymposium worden daarin meegenomen.  

De periode 2023-2024 wordt gebruikt voor het uitbreiden en bestendigen van het netwerk, het komen tot een samenwerkingsagenda en het initiëren van onderzoeksprojecten. Vanaf 2025 komt de verdere uitvoering van de samenwerkingsagenda centraal te staan, waarbij het niet alleen gaat om het verrichten van onderzoek, maar ook om onderwijs, kennisuitwisseling en kennisimplementatie.  

Deel uitmaken van het netwerk? 

Sluit jouw expertise aan bij (een van) de vier genoemde thema’s en wil je onderzoeken of samenwerking binnen het ecosysteem van de Academische Werkplaats Digital Health & Mental Wellbeing bij je past? Neem dan contact op met projectmanager Esther van Vliet. Je kunt je eventueel ook vrijblijvend abonneren op de nieuwsbrief van de Universiteitsbrede Academische Werkplaatsen.