woman with camera

De ontwikkeling van het denken over geloof

Published: 27 september 2023 Laatst bijgewerkt: 29 september 2023

In zijn net verschenen boek ‘Denken over Geloven: Van moderne zekerheid tot agnostische terughoudendheid’ toont voormalig decaan en hoogleraar filosofie Willem B. Drees van de Tilburg School of Humanities and Digital Sciences, een Nederlandse kijk op de plaats van godsdienst in onze samenleving. Dat doet hij aan de hand van de ontwikkeling van godsdienstfilosofie na 1876. In dat jaar werd in Leiden de faculteit van godgeleerdheid tot een godsdienstwetenschappelijke faculteit gemaakt, waarmee meer afstand tot de kerk werd gecreëerd. Tenslotte waren kerk en staat gescheiden. Drees was voordat hij aan Tilburg University werd benoemd de laatste hoogleraar godsdienstwijsbegeerte in Leiden.

In het boek schetst Drees een beeld van toenemende agnosticisme. Zo werd kerkelijke theologie op openbare universiteiten vervangen door godsdienstwijsbegeerte. Deze discipline was vooral gebaseerd op empirie en rede waarmee morele vooruitgang zou kunnen worden geboekt. De godsdientwijsgeer was zeker geen theoloog. Het optimisme verdween na de wereldoorlogen en ontkerkelijking zette door. Dat had ook gevolgen voor de godsdienstwijsbegeerte. Over de invloed van geloof op mens en samenleving werd steeds minder gesproken en religie vaak beschouwd als achteruitgang. 

Vraag naar waarheid godsdienst

Oorspronkelijk waren de theologische faculteiten van rijksuniversiteiten opleidingen voor hervormde predikanten. Door de Wet op het Hooger Onderwijs in 1876 moest theologie in 1876 plaatsmaken voor godsdienstwetenschap, al bleef de naam ‘faculteit der godgeleerdheid’. De erkende kerkgenootschappen mochten een aanvullende kerkelijke opleiding inrichten, maar niet meer binnen de universiteit.

De vraag naar de ‘waarheid’, de juistheid van godsdiensten, werd steeds minder gesteld in deze universitaire context. Maar Drees schrijft dat wetenschap over godsdienst weldegelijk de consistentie en coherentie van godsdiensten aan de orde mag stellen, met oog voor ethiek. En daarmee hoort ook de godsdienstwijsbegeerte ook binnen de muren van de academie.

Voor meer informatie