Tilburg University promotie PhD Defense

Promotie M.A. Paun LLM

Datum: Tijd: 10:00 Locatie: Aula

Law and Technology through the Lens of Autopoiesis: An analytical framework for dealing with regulatory disconnection illustrated through the case of the GDPR

  • Locatie: Cobbenhagen building, Aula
  • Promotores: prof. mr. J.E.J. Prins, prof. dr. N.N. Purtova MSc LLM

Wij bieden voor onze ceremonies nog steeds een livestream aan. 

Livestream

Samenvatting

Dit proefschrift gaat over de kloof tussen recht en technologie - de idee dat technologie zich sneller ontwikkelt dan het recht zich kan aanpassen. Nieuwe technologieën zetten het bestaande wettelijk regime (soms) onder druk, of kunnen zelfs leiden tot een mismatch waardoor de wet moet worden aangepast. Dergelijke mismatches tussen aannames die in de wet verankerd zijn en de nieuwe (sociotechnische) context worden in de wetenschappelijke literatuur regulatory disconnection genoemd, en de gevolgen daarvan hebben invloed op de manier waarop het wettelijke regime verondersteld wordt te werken. Op dit moment ontbreekt een holistische en systematische aanpak voor het identificeren van regulatory disconnection. Hoewel er enkele wetenschappelijke benaderingen voor de aanpak van de problematiek kunnen worden geïdentificeerd, ontbreekt het momenteel aan voldoende houvast om de meest geschikte benadering in een specifieke situatie te selecteren. Een voldoende houvast is belangrijk omdat de specifieke aanpak voor het adresseren van een regulatory disconnection veelal nauw komt en de keuze voor een sub-optimale aanpak de problematiek kan verergeren.

Het doel van dit onderzoek is het zetten van een volgende stap in de ontwikkeling van een algemene theorie voor recht en technologie. Dat doet het onderzoek meer concreet via het beantwoorden van de volgende onderzoeksvraag: Hoe kan de theorie van autopoëse ons begrip van de interactie tussen recht en technologie bevorderen, en welke bijdrage kan een nieuw, op autopoëse geïnspireerd analytisch kader voor de omgang met regulatory disconnection, leveren aan dit begrip?

Dit project brengt inzichten samen op het gebied van recht en technologie, theorie van regulering en rechtstheorie, en combineert elementen van methodologieën zoals kritisch literatuuronderzoek, doctrinair onderzoek en discoursanalyse. Het onderzoek ontleent inspiratie uit de theorie van autopoëse in het recht en ontwikkelt een 'gebruiksklaar' analytisch kader voor de identificatie en aanpak van regulatory disconnection. In de kern is de theorie van autopoëse gebaseerd op de aanname dat de wereld is samengesteld uit verschillende (zelfproducerende) systemen. Deze systemen kunnen de wereld alleen waarnemen door hun interne mechanismen die als een filter fungeren. Hierdoor ontwikkelt elk systeem zijn eigen wereldbeeld, oftewel een model van de werkelijkheid en daarmee hoe andere systemen eruit zien. De benadering via dergelijke modellen van de werkelijkheid staat centraal in een analytisch kader dat bestaat uit drie stappen waarbij de gebruiker deze stappen doorloopt aan de hand van een aantal leidende vragen. Omdat het kader als het ware 'gebruiksklaar' is ontwikkeld, kunnen actoren wiens taak het is een mismatch tussen recht en technologie te identificeren en aan te pakken, waaronder de wetgever, rechters en advocaten-generaal, academici, advocaten of NGO's, het raamwerk gebruiken zonder een grondig begrip te moeten hebben van de theorie die eraan ten grondslag ligt. Het kader biedt met andere woorden een hulpmiddel dat gebruikers ondersteunt bij het uitvoeren van een systematische analyse van mismatches tussen aannames in het recht enerzijds en de nieuwe (sociotechnische) context anderzijds, waardoor beslissingen over de juiste manier voor het adresseren van de mismatch onderbouwd kunnen worden. Om de bruikbaarheid ervan te illustreren, wordt het ontwikkelde analytische kader toegepast op het wettelijk kader van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), meer specifiek op het concept 'verwerkingsverantwoordelijke'. Het betreft hier bij uitstek een voorbeeld waarin de mismatch niet aangepakt kan worden middels interpretatie van bestaande bepalingen maar de inspanningen gericht moeten zijn op het vinden van een hernieuwde aansluiting tussen recht en de (sociotechnische) context.

Dit onderzoek concludeert dat de theorie van autopoëse een ander, maar compatibel perspectief biedt op de interactie tussen recht en technologie, en daarmee een aanvullend verklarend mechanisme oplevert binnen het bestaande wetenschappelijke debat. Het op autopoëse geïnspireerde analytisch kader biedt een 'gebruiksklare', geïntegreerde en systematische benadering voor het identificeren en aanpakken van de mismatch tussen recht en technologie. Het doet dit uit een inhoudelijk perspectief en verrijkt daarmee de huidige benaderingen voor de omgang met verschillen in tempo van ontwikkeling tussen recht en technologie. Daarnaast heeft het ontwikkelde analytisch kader ook de potentie om interdisciplinair onderzoek te faciliteren, waarvan de implementatie momenteel zowel een wens als een uitdaging is in de (juridische) academische wereld. Bovendien kunnen de inzichten mogelijk ook hun waarde tonen buiten het terrein van recht en technologie door de toepassing ook in andere contexten uit te testen. Het volledige potentieel van dit kader zal kortom voorwerp van verder onderzoek moeten zijn.