Bart van der Sloot

“Het besef dat we iets met nieuwe technologieën moeten is echt veranderd”

Artikel 4 min. Corine Schouten

Sinds het voorjaar is dr. Bart van der Sloot een half jaar lang een dag per week gedetacheerd bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Daar denkt hij mee met een strategisch team over de herijking van het beleid van de Autoriteit. Als jurist en filosoof van het Tilburg Institute for Law, Technology and Society (TILT) met als specialisatie bescherming van persoonsgegevens, zit hij op een boeiende plek voor kruisbestuiving.

Waarom ben je deze uitdaging aangegaan?

De Autoriteit Persoonsgegevens was meteen enthousiast over het idee om mij en een collega van een andere universiteit een half jaar aan boord te hebben in de afdeling Strategie. Zelf aarzelde ik in het begin – gaat het niet ten koste van mijn onderzoek? Aan de andere kant: ik raak vaak genoeg gefrustreerd als een rapport van mij op de plank belandt. Ik wilde wel eens in de praktijk zien waar het dan op stuk loopt. In het verleden heb ik bij de WRR gewerkt (Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, red.) en vrij gedetailleerd gezien hoe het ministerie van Algemene Zaken werkt. Dus ik hoop hier te kunnen zien waar de knelpunten zitten.

Nieuwe grote vragen gaan over de omgang met desinformatie, algoritmen, cybersecurity, generatieve AI zoals ChatGPT, ofwel synthetische realiteit; het is een heel breed pakket. Er moeten goede keuzes gemaakt worden, terwijl de middelen beperkt zijn

Bart van de Sloot

Waarom vroeg de AP je juist nu? 

Ik denk mee over de herijking van de rol van de Autoriteit Persoonsgegevens in de omgang met nieuwe technologieën die waarschijnlijk een enorme impact op de samenleving gaan hebben. Ik ben blij verrast om te zien hoeveel discussie er is: de Autoriteit is zelf heel reflectief. Ze is op het punt aangekomen dat de AVG vijf jaar oud is (Algemene Verordening Gegevensbescherming, red.). Het was haar eerste taak was om dat te laten indalen en nu moet ze haar positie herijken. Dus stellen ze zichzelf vragen als: wat hebben we bereikt? Zijn we wel effectief? Wat is onze toekomstige rol? 

Nieuwe grote vragen gaan over de omgang met desinformatie, algoritmen, cybersecurity, generatieve AI zoals ChatGPT, ofwel synthetische realiteit; het is een heel breed pakket. Er moeten goede keuzes gemaakt worden, terwijl de middelen beperkt zijn.

En, komen jullie eruit?

Het is nog niet zo gemakkelijk om te bepalen wat de rol van de AP moet zijn, want de problemen spelen op allerlei grensvlakken. Het gaat bijvoorbeeld over de handhaving van wetgeving, het gebruik van technologie in verschillende domeinen, strafrechtelijke vragen zoals bij deepfakes, of de bescherming van de democratie – denk aan manipulatie door fake news. Gaat de AP dit soort kwesties zelf oppakken of niet? Welk instrumentarium zetten ze in? Gaan ze boetes opleggen of een richtsnoer uitgeven? Ik probeer daarover mee te denken of modellen te ontwikkelen.

Een van de leukste dingen is wel dat er een heel gemêleerd gezelschap aan tafel zit uit verschillende disciplines. Bij TILT hebben we ook een team van juristen, techneuten, economen, filosofen, etcetera. Die heb je allemaal nodig om maatschappelijke kwesties rond technologie op te lossen. Een voorbeeld zijn cookies: de juridische vraag is of je echt vrij bent om de keuze te maken om cookies te accepteren of niet. Maar word je niet gestuurd door het ontwerp van de website? Daar hebben we ook technische en psychologische kennis bij nodig. 

Vanuit mijn onderzoek heb ik ideeën over de ontwikkelingen en knelpunten rond de bescherming van persoonsgegevens in de digitale samenleving

Wat doe je concreet bij de AP? 

Veel verschillende dingen, dat maakt het boeiend. Zoals meeschrijven aan een speech over de toekomstvisie van de AP, meedenken over de herinrichting van de organisatie, maar ook meedenken over vragen als: hoe pakken we het cookiesprobleem aan? Vanuit mijn onderzoek heb ik ideeën over de ontwikkelingen en knelpunten rond de bescherming van persoonsgegevens in de digitale samenleving. Ik geef mijn mening, gebaseerd op mijn expertise. Af en toe wordt die goed ontvangen, maar soms ook niet. De ene keer kan ik bevestigen wat zij al denken en de andere keer ben ik juist heel contrair. Het is fijn dat ik gedetacheerd ben, want zo kan ik mijn wetenschappelijke onafhankelijkheid behouden. 

Moeten we eigenlijk niet allemaal beter leren omgaan met nieuwe technologie? 

Je ziet gelukkig steeds meer bewustwording van de vragen rond technologie, ook bij ambtenaren en politici. Er is nu een vaste Kamercommissie voor digitalisering en een staatssecretaris. Het besef dat we er echt iets mee moeten is echt heel anders dan toen de AVG werd ingevoerd. Toen was het gevoel meer: moet dat nou? Nu beseft bijna iedereen wel dat het heel belangrijk is.

Maar we mogen ook best wat strenger zijn voor burgers. Die hebben zelf veel data over anderen en gebruiken ook technieken tegen anderen. Eigen verantwoordelijkheid en ook verplichtingen blijven een heel groot punt.

Kruisbestuiving is altijd mijn doel als ik werk voor maatschappelijke instanties. Wetenschap en praktijk kunnen wat mij betreft nooit zonder elkaar

Heb je ook iets aan je werk bij de AP voor je eigen onderzoek?

Kruisbestuiving is altijd mijn doel als ik werk voor maatschappelijke instanties. Ik heb veel rapporten geschreven waarbij ik de wetenschap vertaalde naar de praktijk. Daardoor leer je wat er echt mogelijk is. Wetenschap en praktijk kunnen wat mij betreft nooit zonder elkaar. Voor mij is dat altijd een reden om dicht bij de praktijk te staan en vooral de beleidscontext vind ik boeiend. Het is heel leuk, maar ook heel essentieel.

Heb je nog ander praktijkgericht onderzoek onder handen? 

Met mijn collega’s Aviva de Groot en Esther Keymolen werk ik aan het gebruik van gezichtsherkenning in voetbalstadions om racisme tegen te gaan. Over gezichtsherkenning hadden we eerder al een wetenschappelijk rapport geschreven en nu zitten we in een breder consortium. Ze proberen in het voetbal echt iets goeds te doen met gezichtsherkenning, maar de vraag is wel of het een goed instrument is. Mag je de privacy van mensen schenden met technologie om racistische spreekkoren tegen te gaan? Werkt dat wel? Mag je er mensen uit de menigte mee selecteren die een stadionverbod hebben? Ik weet het antwoord op die vragen ook niet, maar dan wordt het juist interessant. Er is geen universele waarheid, dit zijn echt lastige vragen. 

Daarnaast ben ik een boek aan het schrijven over synthetische realiteit. Daar wil ik ook van die dilemma’s in opnemen. Gaat de overheid in het post truth tijdperk bepalen wat waar is? Wordt de waarheid dan politiek bepaald? Kijk naar de coronacrisis, daar speelde ook de vraag wat de waarheid is. Dit soort vragen vind ik steeds boeiender, daar gaat mijn filosofische hart van kloppen. Ik vind het leuk om een dilemma heel scherp te krijgen. En dan hoop je dat het wordt opgepakt. 

Publicatiedatum: 7 september 2023